H.W. de Voogt (1892-1963)
H.W. de Voogt, richtte in 1912 de “N.V. Haarlemsche Jachtwerf” op en bouwde en ontwierp er veel jachten van allerlei soort. Tijdens de Eerste Wereldoorlog, 1914 -1918, ontstond daar de ruim 7 meter lange Spaarnekruiser. De eersten hadden een kiel van beton en werden overnaads gebouwd. Soms werden de rompen ook karveel gebouwd en werd de kiel van gietijzer. In de latere jaren was de lengte meestal 8 meter, hoewel er ook wel Spaarnekruisers van 10 meter schijnen te zijn gebouwd. Het zeiljacht was vooral bedoeld als toerjacht.
Omstreeks 1950, links H.W. de Voogt, naast hem J. de Vries en H.S. de Vries
De Voogt bouwde de Spaarnekruiser in serie en dat was in die jaren uniek in Nederland, de zeilschepen werden heel goed verkocht. Omstreeks 1930 waren er al meer dan 20 van gebouwd in Haarlem en ook op andere werven. Toch moest de Haarlemsche Jachtwerf omstreeks 1920 de deuren sluiten, mede omdat De Voogt zich liever met het ontwerpen bezighield.
Een Spaarnekruiser, uit het archief van F. de Voogt
Spaarnekruiser van De Vlijt
Gebr. H. & J. de Vries, bouwnummer 90, maart 1929 voor J. van der Meer in Leeuwarden voor ƒ 4010.00. Daarmee was het een van de duurste jachten die sinds de oprichting in 1923 op de werf in Aalsmeer waren gebouwd.
De Spaarnekruiser
De afmetingen waren 8 meter over dek, bij 2.20 m. breedte en een diepgang van slechts 0.80 m. De belangrijkste eis voor een single handed zeiljacht is: gemakkelijke hantering van het tuig door maar één persoon, en dat klopte perfect bij de Spaarnekruiser. Alles kon vanuit de stuurkuip bediend worden. De kajuit en het vooronder waren ruim en gemakkelijk toegankelijk en boden plaats voor 3 tot 4 slaapplaatsen. Ook was er een keukentje, een W.C. en kasten voor kleren, proviand, zeilen enzovoort.
De ballastkiel van ± 800 kg. en de grote breedte van het schip, bij een niet overdreven groot zeiloppervlak van 28 m2 maakten het zeiljacht bij alle weersgesteldheden volkomen betrouwbaar. Men kon er gerust mee op de toenmalige Zuiderzee rondvaren.
Omstreeks het bouwjaar in 1929 was het ontwerp door De Voogt zó gewijzigd dat daarin een 1 of 2 cilinder hulpmotor gebouwd kon worden, waarmee het zeiljacht een snelheid van 8 tot 10 km per uur kon bereiken. Zónder motor rekende “De Vlijt” ƒ 3800 voor de bouw van een Spaarnekruiser.
Verkoopboek 1928-1929
Uit het Verkoop Boek, 1928 van scheepswerf “De Vlijt” blijkt dat J. van der Meer op 8 december 1928 zijn Spaarnekruiser met een ingebouwde 2 cilinder hulpmotor (Universal?) bestelde en daarbij de eerste termijn betaalde, een bedrag van ƒ 1300.
Op 21 februari 1929 volgde opnieuw een betaling van ƒ 1300 en bij de aflevering van het zeiljacht op 27 april 1929 werd het restant, ƒ 1409 voldaan. In totaal kostte de Spaarnekruiser dus ƒ 4009.
Eigenlijk was de prijs ƒ 4008, 90 maar uit het Debiteurenboek van de werf blijkt dat er nog voor 10 cent onkosten waren gemaakt, dus …
De enig bekende foto van de Spaarnekruiser, gebouwd op “De Vlijt” in Aalsmeer
In het werfarchief wordt jammer genoeg niet vermeld van welke houtsoort de Spaarnekruiser werd gebouwd, ook de scheepsnaam is onbekend.
Advertentie Waterkampioen, oktober 1929
Zonder de oplettendheid van een goede vriendin die de advertentie onlangs tegenkwam, was deze Spaarnekruiser nooit ontdekt! In de werfboeken wordt dit zeiljacht namelijk aangeduid als “Spaarne Motorkruiser”, dat blijkt nu dus onjuist te zijn. Anders dan deze advertentie suggereert is er op De Vlijt nooit een serie Spaarnekruisers gebouwd, het bleef bij deze ene, afgeleverd in februari 1929.
Bronnen: Werfarchief Kon. De Vries Scheepsbouw; C.H.M. Philipoona: “Van Zeilkano tot Motorjacht”; Elisabeth Spits: “Nederlandse Jachten 1875-1975”.
L.S.
Wellicht even leuk om te weten, en misschien kunnen jullie er zelfs wat mee:
Toevallig viel mijn oog vandaag op deze advertentie:
https://link.marktplaats.nl/m1686934064
Ik ben nu bijna 75 jaar oud en jeugdherinneringen keerden terug:
Van 1950 – 1953 hadden mijn ouders een Spaarnekruiser die ik mij nog “goed” kan herinneren. Maar die was (voor zover ik weet) gebouwd bij De Voogd in Haarlem. Ons exemplaar was karveel gebouwd. En op de Kaag voer er ook een overnaadse.
Ligplaats was “de KPM” in Warmond. Ik heb er nog foto’s van en zelfs het scheepsjournaal.
Met vriendelijke groet, Gep Engler